Zoeken in deze blog

dinsdag 27 mei 2008

Bob DAENEN, designer-kunstenaar en 'uomo universale'


 


Toen de Amerikaanse uitvinder-ondernemer Earl TUPPER (°1907- +1983) in 1944 zijn 'Tupperware Plastics Company' oprichtte, wist hij niet dat twee jaar eerder in België Bob (Robert H.C.M.) Daenen geboren was.

Dat Tupperware en Bob Daenen uiteindelijk zowat 40 jaar samen 'on the road' zouden gaan, kon toen nog niemand vermoeden.

Hoe het zover gekomen is...

Misschien was 1942 niet het mooiste jaar om in Leuven geboren te worden, maar uiteindelijk heeft Bob Daenen weinig oorlogsherinneringen. De massaal richting Duitsland overkomende bombardementsvliegtuigen zijn hem niettemin als zeer indrukwekkend bijgebleven.

We maken een sprongetje naar 1958 en vinden Bob Daenen op de Wereldtentoonstelling (Expo 58) in Brussel, waar hij gefascineerd werd door het Philips-paviljoen van Le Corbusier. Het was zijn eerste bewuste confrontatie met de idee 'architectuur'. (De switch naar design zou pas later komen). In feite werd hij vooral geboeid door het scandinavische dubbelsysteem, waarin design en architectuur een eenheid vormen.

* In het huis van een designer zijn de realisaties van collega-ontwerpers natuurlijk nooit ver weg. We zitten in zetels van Le Corbusier, om de hoek staat een fauteuil met voetenbankje van Charles Eames met een leeslamp van Michele de Lucchi, in de hall-leesruimte kan je gaan verpozen in een fauteuil van Alvar Aalto. In het hele huis hangt overigens de architecturale geest van Frank Lloyd Wright (hier en daar moet de bewoner nog wat ballast laten verdwijnen om helemaal 'back to basics' van deze schitterende architectuur te gaan).


Bob Daenen wilde industriële huizen ontwerpen (huizen worden in de meeste gevallen nog steeds op 'ouderwetse' wijze gebouwd). Ooit waren er al plannen van Le Corbusier voor zijn 'Maison Citrohan' (1922).

Graag was hij voor zijn opleiding naar de Hochschule in Ulm getrokken (de opvolger van het Bauhaus o.l.v. Max Bill), maar dat lukte niet meer (later, in 1968, werd Ulm overigens gesloten).

Even werd een studie kunstgeschiedenis als andere optie weerhouden, maar dat leek hem tenslotte te steriel.

Uiteindelijk bracht het enthousiasme van Karel ELNO, als o.a. promotor van de abstacte kunst (via het weekblad 'De Nieuwe') hem naar de wereld van het design en de Academie voor Industriële Vormgeving in Eindhoven (1960). Reeds tijdens zijn humaniora bezocht hij de tekenacademie. Tijdens zijn studie in Eindhoven volgde hij bovendien verschillende buitenlandse zomercursussen.

In 1965 vestigde hij zich als zelfstandig grafisch ontwerper.

De stap naar Tupperware

In 1966 kwam hij via een personeelsadvertentie bij Tupperware terecht.

Tupperware was in 1961 in België met zijn bekende Home Party's gestart en had een eerste Europese fabriek geopend in Erembodegem. In 1966 werd verhuisd naar de Pierre Corneliskaai in het cemtrum van Aalst. Intussen zijn alle activiteiten overgebracht naar een totaal nieuwe site in het industriepark Wijgaardveld.

Nadat Bob Daenen in september 1966 bij Tupperware in dienst kwam, kreeg hij als Europees designer de opdracht om het 'European Design Center' op poten te zetten.

Hij maakte kennis met een Amerikaans bedrijf dat toen reeds dacht in functie van een ruime Europese markt.

Voor Bob Daenen viel zijn denken over 'goed design' ook samen met de visie van het bedrijf. Zo wilde Tupperware gaan voor goede produkten en geen wegwerpobjecten. Door produkten te ontwerpen voor 'lifetime' (het Tupperware peper- en zoutstel van uw grootmoeder is wellicht nog altijd bruikbaar) en het gebruik van in wezen herbruikbare materialen, werd hier toen al uitgepakt met een 'groene visie' avant la lettre.
 



Een mooie carrière

Blijkbaar vond Bob Daenen zijn draai bij het bedrijf, want zijn curriculum volgde een flinke evolutie in zijn verantwoordelijkheden. In 1969 werden de activiteiten van het Design Center met Bob Daenen als Design Director (inmiddels ook voor Afrika en het Midden-Oosten) verder uitgebreid.

Einde 1980 werd hij vice-president van de produktontwikkeling, waarbij o.a. Computer Aided Design (CAD/CAM) een voorname rol ging spelen.

Uiteindelijk werd hij in september 2002 Vice President Innovation Worldwide, alvorens vanaf 2004 met pensioen te gaan.

In 2002 werd het Tupperware Design Center in Orlando (USA), het hoofdkwartier van de firma, herdoopt tot 'Bob Daenen Design Center', een bepaald niet geringe blijk van waardering.

In België volgde in 2003 de bekroning van een carrière als designer met de toekenning van de prestigieuze Henry van de Velde-prijs.

Tot daar de samenvatting van een carrière, op zich een indrukwekkend parcours.

Er is echter meer...

Maar Bob Daenen zou Bob Daenen niet zijn als hij binnen zijn drukke bedrijfsactiviteiten voor Tupperware niet steeds ook de vrije kunstenaar in zich aan het werk liet gaan.

Dat samengaan was voor hem vanzelfsprekend, hoewel creatief polyvalente mensen niet steeds ten volle geapprecieerd, ja zelfs gewantrouwd worden. Maar Bob Daenen is en blijft een 'uomo universale'.

* "Ik hou van da Vinci, maar het onderwijs heeft specialisatie op een piëdestal gezet. Het holistisch denken (= geïntegreerd denken) wordt niet serieus genomen. Als designer moest ik beschikken over een 'helicopterview' om dan op en neer te gaan naar een 'microscopic view' om geen vakidioot te worden."

* "Design is een ingewikkelde activiteit. Je moet met zoveel factoren rekening houden. Het gaat er niet om zomaar een mooi ding te maken. Vormgeving is zingeving!"

* "Tijdens een reis naar Weimar (met Amarant) kreeg ik een echt beeld van Henry van de Velde als geïntegreerd denker: architect, ontwerper, kunstenaar en pedagoog."


In een designteam zoals dat van Bob Daenen bij Tupperware moeten conceptueel en strategisch denken hand in hand gaan. Aan de basis van elk ontwerp liggen schetsen, tekeningen. Maar voor je zover bent, is er bijvoorbeeld marktstudie geweest, moet er rekening gehouden worden met de financiële implicaties, plaatselijke gevoeligheden, omgevingsfactoren, technologische evoluties en consumentenbehoeften. Zo leverde de opkomst van de moderne keukens bij de gebruiker een steeds groter plaatsgbrek. De consument ervaart zijn opslagruimte steeds weer als te klein. Daarop inspelen met een steeds vernieuwende visie voor de voorraaddozen is dus de boodschap.

Eén van de mooiste ontwerpen van Bob Daenen in dit verband waren de 'Space Savers'. Hier werd, rekening houdend met alle bepalende factoren, een reeks dozen gerealiseerd die wereldwijd verspreid werden.

Met zowat 260 patenten op zijn naam heeft Bob Daenen op zijn vakgebied wel een en ander bereikt.

*"Toen ik in 2003 de Henry van de Velde-prijs kreeg, kwam ik definitief tot het besef dat het genoeg geweest was. Ik wou eruit! Je mag niet onderschatten wat zo'n groot bedrijf met je doet. De druk was altijd bijzonder groot!"

*"Daarom had ik ook al die andere vrije kunstdisciplines nodig. Heel wat 'verloren' tijd op hotelkamers en luchthavens tijdens zakenreizen heb ik geschreven of getekend. Maar ook schilderen of het maken van sculpturen en objecten ben ik steeds blijven beoefenen. Later heb ik ook de fotografie herontdekt."


*"Altijd was daar die creatieve onrust, de noodzaak om te zoeken omdat je ontevreden bent met de clichés op intellectueel of spiritueel vlak."


*"De gedrevenheid om te creëren, vertrekkend van een wit blad, is rëel. Ook in het design heb ik dikwijls produkten ontworpen vanuit een soort irritatie, de behoefte om een betere oplossing te vinden."

De vrijheid van de vrije kunst

"Toen ik Tupperware verliet, viel de druk van het bedrijfsleven weg en kon ik mijn tijd ten volle aan de vrije kunsten besteden. Bovendien verdeel ik mijn tijd nu ongeveer gelijkwaardig tussen Aalst en mijn dorp in de Provence. Ik heb eindelijk ontdekt dat ik ook best wel 'lui' kan zijn. Maar toch blijft enerzijds die creatieve onrust en anderszijds de drang om het 'echte' te laten zien."

In zijn foto's laat hij banale dingen of momenten zien, maar precies daarin schuilt de schoonheid, net zoals dat in zijn ontwerpen voor Tupperware het geval was. Hij wil mensen weer leren kijken, observeren i.p.v. beelden te consumeren zoals ons dat nu via de televisie en zijn talloze soaps wordt voorgeschoteld. We worden overweldigd door de kwantiteit aan beelden, zonder nog de tijd te nemen om de kwaliteit van het beeld te doorgronden.

Tekenen beschouwt hij nog steeds als de 'moedertaal' van de kunstenaar.

In zijn geometrische en driedimensionale objecten herken je natuurlijk het best de link met zijn design-activiteiten. De linnen bas-reliëfs en de houten stapelingen sluiten quasi naadloos aan bij een hele reeks Tupperware-ontwerpen.

Als schilder is hij vertrokken van lyrisch-abstract werk, om in de jaren 70 met geometrisch-abstracte composities de lijn van zijn ruimtelijk werk te volgen. In de jaren 80 keerde hij terug naar een bijzonder sterke lyrische abstractie, waarin natuurlijke invloed niet te ontkennen valt. Het meer recente werk heeft zich teruggeplooid op het landschap van de Provence. Ook hier primeert de schoonheid van het zogezegde 'banale'.

In 2005 kreeg hij nog een schitterende retrospectieve in het Stedelijk Museum van Aalst.

In alles spreekt de door hem geciteerde overtuiging: "Art liberates our eyes, our thinking and our heart."

En zoals hij het zelf over zijn taak als designer zegde: "Het oog mag gestreeld worden, zolang het maar niet misleid wordt."
 




Bob Daenen zonder Tupperware en vice-versa...

Het is dus duidelijk dat Bob Daenen ook zonder Tupperware een rijk en gevarieerd leven heeft. En ook de firma draait uiteraard zonder hem verder. Want volgens de volkswijsheid is iedereen misbaar, al geldt dat ongetwijfeld voor de ene al wat meer dan voor de andere.

Toen hij net met pensioen was, moest hij nog eens naar Australië voor een juridisch-technisch gevecht over een geval van namaak (overigens een groot probleem voor bedrijven als Tupperware).

Maar intussen draait de wereld door: Tupperware werkt hoofdzakelijk verder met het systeem van de Home Party, waardoor een directe wisselwerking met de consument mogelijk is. Net zoals de marktkramers staan de presentatrices tussen hun publiek. Dit systeem werd in 1948 door vice-presidente Brownie Wise geïntroduceerd en hield tot vandaag stand. Alleen al in België werken zowat 400 presentatrices, meestal parttime.

In Aalst draait de produktie 24 uur op 24, 7 dagen op 7. Wereldwijd wordt om de 2,5 seconde ergers een Tupperware Home Party georganiseerd.

Hebt U eigenlijk zelf alle produkten die U ontworpen hebt in huis?

Ik heb er natuurlijk, maar eigenlijk niet zoveel. Ik heb ze niet bewust verzameld, maar van vrienden krijg ik af en toe oudere ontwerpen die ze hier of daar op de kop tikken. Uiteraard zitten alle produkten in ons museum in Orlando.

Stel dat U nog eens mag herbeginnen...

Dan zou ik wellicht de droom van mijn 16 jaar willen realiseren: het ontwerp en de produktie van woonmodules voor noodgebieden in de wereld, woonhuizen die je volgens een flexibel plan met plaatselijke middelen en mensen kan realiseren.

Voor de rest wil ik me blijven bezighouden met het naar buiten brengen van schoonheid, wat meteen ook de geluksbeleving voor mensen kan bevorderen: kunst als bevrijding, niet als intellectuele status of een pose of 'egomarketing', zoals je dat nu zo vaak ziet.

En verder zou ik nog eens met mijn werk naar buiten willen komen: een tentoonstelling van schilderijen, tekeningen, fotografie, nog eens een boek met teksten en poëzie uitgeven. Misschien moet ik nog wel eens gaan voor het 'Gesamtkunstwerk' (de totaalervaring) waarin al mijn activiteiten aan bod komen.

Op Bob Daenen is alvast deze uitspraak van toepassing: "PAS DE VIE SANS ENVIE !"

Hij wil nog heel veel vertellen (in woord en beeld) en heeft nog heel veel te doen. Hij heeft duidelijk nog heel veel zin in het leven.

In 2005 schreef hij zelf in de catalogus 'Tupperware Transparant' (uitgegeven n.a.v. een tentoonstelling in het Designmuseum te Gent): "Goed design heeft een grote waarde die boven het strikt materiële uitstijgt en zich aansluit bij mentale en geestelijke waarden: de culturele dimensie. Wij hebben ons altijd verzet tegen de overconsumptie, de weggooicultuur, de modegrillen, de banalisering of vercommercialisering van design in zijn verarmde definitie, wat indruist tegen onze verstrekkende visie van kwaliteit, duurzaamheid en MENSELIJKE WAARDEN."


LINKS:

Over Tupperware

Over Bob Daenen en zijn werk
Over Karel Elno

Over Designmuseum Gent

maandag 19 mei 2008

Welkom in de wereld van Magdelien Roobroeck

 


 
Toen Magdelien zowat 9 maanden geleden in de Aalsterse Korte Zoutstraat kunst-ruimte Yemaya op de wereld zette was dat vanuit een drive om kunst dicht bij de mensen te brengen.Met de naam Yemaya koos ze voor de van oorsprong Afrikaanse godin van de zee die symbool staat voor volle overgave en vertrouwen .


Want vertrouwen had ze nodig om zich in dit project te gooien.

Na een verkeersongeluk (2004) dat haar leven fysiek en psychisch door elkaar had gegooid moest ze nog een nieuw evenwicht uitbouwen. De galerie hielp haar hierbij zodat ze nu met hart en ziel, in woord en beeld kan zeggen: "IK GEBOOR"! In haar video en met haar keramiekbeelden getuigt ze van deze nieuwe geboorte, van deze keuze voor een actief kunstenaarsschap met een verantwoordelijkheid in de maatschappij.
 
 

Op 24 en 25 mei wordt om 15 en 16 uur de video getoond in zijn unieke locatie: het verloskwartier van de huidige kunstruimte Yemaya, waar het beeld -zoals iemands levensweg- versnipperd en weerspiegeld wordt en zo de hele ruimte vult. Pas in de arbeidskamer wordt de puzzel samengevoegd.De witte kiem die op de video uit zee (Yemaya) aanspoelt, is in de materniteit tastbaar aanwezig omringd door vrouwelijke figuren en vermenigvuldigt zich: Tientallen kleine kiempjes schieten op uit het mulle zand. Heel wat mensen hebben Yemaya bevrucht in deze veilige ruimte...
Met een intens gevoel van dankbaarheid neemt Magdelien afscheid van deze locatie in de Korte Zoutstraat. Haar zwangerschap loopt hier ten einde maar Yemaya blijft springlevend en groeit krachtig. In de vorm van witte glanzende keramiek "kiemen" bvb.

De hele wereld is zwanger van iets nieuws, vindt Magdelien. Nu man en vrouw hun eigen pelgrimstocht zijn gegaan en ratio en intuïtie echt gaan samenwerken, wordt iets gloednieuws geboren, krachtiger dan ooit...als we er ons voor openstellen en voor inzetten.
 

 
Die samenwerking wil ze in de toekomst meer en meer gestalte geven. Deelnemen aan thematische groepsprojecten of er zelf organiseren is wat ze vroeger veel deed en nog steeds liefst doet.

Een eerste stap is haar deelname aan Salon Aalst. Heerlijk vindt ze het om met zijn allen samen een groter geheel te vormen. De actieve steun van de stad aalst, cc de werf en alle mede-kunsteaars was deugddoend.
Ze stelt er op drie locaties tentoon en haar werken vormen samen een groter geheel: - Vanuit de duistere gewelven van de belfortcrypte getuigen Orpheus en Eurydice als twee hoogzwangere figuren van deze nieuwe geboorte. Eurydice is bloedrood: teken van haar bevruchting door Orpheus die ze nu stralend uitdraagt in de onderwereld. Orpheus is spierwit; bevrucht door de vrouwelijke intuïtie zingt hij zijn mooiste liederen op aarde. En de keikoppen hebben hen beschermd op hun moeilijke tocht in onder -en bovenwereld.. (Keikoppen ziet Magdelien als individuen die zich een tijdje in zichzelf terugtrekken om de o zo kwetsbare kiemkracht diep in zich te beschermen, tot die sterk genoeg is om zich zelfstandig te handhaven in deze soms keiharde wereld.)

 

 
In de voortuin van het stedelijk museum begeleiden drie muzes Magdeliens wedergeboorte na haar ongeluk, toen ze stap voor stap haar geheugen en kunst-zin weer moe(s)t opbouwen. - de meeste beelden verzamelen zich nu in de Korte Zoutstraat voor de reis naar het onbekende: op 31 mei moet deze locatie ontruimd zijn. Ieder gaat zijn weg: een aantal beelden vonden bij hun kopers een nieuwe thuis en een nieuw leven. De zwangere vrouwen verhuizen naar Zwanger en co. De kiemen naar The Herborist en naar Bloemenrijk. De anderen creëren een nieuwe Yemaya-ruimte in de Wagenstraat 7 (binnen én buiten!) bij Magdelien thuis.

maandag 12 mei 2008

'Cabinet of Imagination' bij Netwerk Aalst

Ursula Mayer en Gert Robijns

'Still' uit de film van Ursula Mayer

Rossella Biscotti

Veertig jaar na 'Mei 68' is bij Netwerk in Aalst 'alle macht aan de verbeelding'...
Verwacht geen betogingen, barrikaden, opgebroken straten of studenten die met kasseien gooien.

Hier vind je losstaande (of elkaar beïnvloedende) beeldmo(nu)menten die bepaalde zintuigen beroeren en af en toe op de proef stellen. Sommige installaties zijn zo sterk dat ze je van je sokken blazen. En dat moet je niet altijd letterlijk nemen.

We zijn na 1968 toch maar lekker vrij geworden, vrij om met onze verbeelding op volle kracht aan een nieuwe wereld te werken: mooier, beter, socialer,...
Intussen zijn sommige oude demonen teruggekeerd of in andere vormen verschenen.


Het is (gezien de aard van de middelen) een grotendeels duistere tentoonstelling. Maar ook het geschetste wereldbeeld is niet noodzakelijk 'fleuriger' geworden.

Misschien zal kunst toch ooit de wereld redden. Zorg dat je dan in de buurt bent!


De kunstenaars stappen hier over en weer tussen fictie en werkelijkheid, tussen de persoonlijke en de openbare wereld. Wie als 'kijker' mee wil, mag wel meer zintuigen op scherp zetten!


Wij onthielden vooral Ursula MAYER (°1970) met de filmloop 'Interiors', maar werden intussen ook al aangetrokken door de witte Audi's van Gert ROBIJNS (°1972). Ook de indrukwekkende mitrailleur-diashow van Rossella BISCOTTI (°1978) was de max! Helemaal boven (verdieping 3) staat Mark BAIN (°1966) met zijn 'Disco for n/one. Beware! *


P.S.: Voor al uw geluidsisolatie, slechts één adres: Mark BAIN.


Meer info op: http://www.netwerk-art.be/ (met schitterende teksten)


Gaan kijken tot 7 juni 2008 op woe t/m za van 14 tot 18 uur.

* Zeg niet dat we het niet gezegd hebben.

donderdag 1 mei 2008

Simon BENSON bij galerie EL in Welle

Geen vrijheid van meningsuiting
zonder
vrijheid van gedachten
Will you speak to me?
Will you speak to me again?

Een nieuw leven... een nieuwe wereld ?



Er wordt weer flink getekend in kunstenaarsland.


"Tekenen is de basis", zegde ons onlangs nog een belangrijke voormalige designer: tekenen als uitgangspunt voor het echte werk. Maar tekenen kan net zo goed 'het echte werk' zelf zijn!

Een tijd geleden bespraken we hier nog een tentoonstelling van Jo De Smedt bij Galerie c. de vos (http://waterschoenen.blogspot.com/2008/01/jo-de-smedt-in-galerie-c-de-vos-in.html).


Nu hanteert Simon Benson vooral het potlood bij Galerie EL in Welle. Simon Benson is een Britse Nederlander (of een Nederlandse Brit).

Bij Benson gaat het over (de behoefte en de noodzaak of het gemis aan) communicatie en de middelen die daartoe beschikbaar of aanwezig zijn.


'First things first' bij Benson: de grenzen van de werkelijkheid worden afgetast en de schijnwereld van Plato's grot in beeld gebracht. Taal en vorm, verbale en non-verbale communicatie spelen hun eigen spel. Bomen vervlechten hun wortels... om samen... uit elkaar te groeien...?


"Do you have the ability to transform yourself...", vraagt Benson ons.

Hij neemt ons mee naar een nieuw leven ('VITA NUOVA'), maar waarschuwt ons met 'PAROLA PRIMA' dat vrijheid van meningsuiting pas mogelijk wordt als je over vrijheid van gedachten beschikt! (Sind die Gedanken wirklich frei?)


De tentoonstelling loopt nog tot 18 mei 2008 op vr-za-zo van 14 tot 18 uur in Galerie EL - Drieselken 38 - 9473 WELLE

Meer info: http://users.skynet.be/galerieEL/


Voor wie meer wil weten over Simon Benson, is er ook de site http://www.simonbenson.nl
Daar krijg je een overzicht van zijn werk en kan je bladeren in 'The Book of First Things'.

(Simon Benson is binnenkort ook bij het Museum Van Abbe in Eindhoven)