Zoeken in deze blog

maandag 21 april 2008

Mikko PAAKKOLA en Ludo VAN GEERT bij Galerie c.de vos in Aalst

 
Mikko PAAKKOLA
 
 
De benedenruimte van galerie c. de vos in Aalst wordt ingenomen door Mikko Paakkola (°1961 ).
Na academiestudies in Turku (Finland, 1981-85) woonde Mikko Paakkola verschillende jaren in Parijs (studeerde van 1988-90 aan de Ecole Nationale Supérieure des Beaux-Arts) en Brussel, maar is nu teruggekeerd naar Turku.
"But I have two houses", zegt hij ons zondagnamiddag in Aalst, "one is in Finland and another is my car". Hij is en voelt zich dikwijls 'on the road' zoals bij Jack Kerouac.
 
 
 
Schilderen doet hij in het uiterste geval op doek (slechts één in deze tentoonstelling), maar meestal op verschillende, minder voor de hand liggende materialen als spiegels, glas of metalen platen. De formaten variëren van minuscuul (portkaartformaat in reeks gepresenteerd) tot wandvullende schilderijen. Hij gebruikt voor zijn 'imaginaire Finse landschappen' zowel acrylverf als zuivere pigmenten. Met een gelimiteerd kleurenpalet creëert hij schilderijen die lijken te twijfelen tussen abstract en figuratief. De ene keer laat hij ons meditatief wegglijden in hoofdzakelijk grijs met minuscule kleurtoetsen, de andere keer schudt hij ons wakker met een explosief geel of rood.
 
 
Ludo Van Geert
 
 
 
Op de bovenverdieping heerst de meditatieve rust van graficus Ludo Van Geert. Zijn werk is van een 'bedrieglijke' eenvoud. Hij maakt litho's en etsen en gaat het beredeneerde experiment niet uit de weg. Voor bepaalde etsen maakt hij gebruik van oude zinken dakgoten, waarmee hij een nieuwe grafische wereld creëert. In tegenstelling tot wat de gebruikte technieken mogelijk maken, presenteert Ludo Van Geert UNIEKE werken. Meestal drukt hij slechts één exemplaar (of liever presenteert hij slechts een 'reeks' van 1/1, want vooraleer hij de juiste druk gerealiseerd heeft, gaan dikwijls heel wat bladen de papiermand in). Heel uitzonderlijk maakt hij eens een oplage van 2 exemplaren.
 
 
 
Ludo van Geert blijft zich, ondanks zijn leeftijd, voortdurend bijscholen. De academie blijft voor hem een natuurlijke 'habitat'. Daar kan hij zijn technische vaardigheden voortdurend bijschaven, maar staat hij ook in constant contact met andere kunstenaars. Het menselijk aspect is voor hem van primordiaal belang.
In zijn werk zie je ontegensprekelijk het (ook technisch) plezier dat hij aan het maken beleeft.
(c) artspotter

vrijdag 11 april 2008

Roger D'HONDT: het geheugen van de avant-garde in Aalst

Een gesprek met Roger D'HONDT



Op 21 september 2008 wordt Roger D'Hondt 60 jaar. Hij gaat dan met pensioen. Maar voor het fameuze 'zwarte gat' hoeft hij helemaal niet bang te zijn. Hij ontvangt je met zoveel enthousiasme en vertelt meteen over zijn huidige en toekomstige activiteiten. Hoewel hij sinds begin 2007 niet meer in de gemeenteraad zit (hij nam niet meer deel aan de verkiezingen van 2006), is hij toch nog meer dan voldoende geëngageerd als voorzitter van de vzw 'Schulden op School'.

Daarnaast werkt hij reeds volop aan de voorbereiding van een tentoonstelling die in het najaar in het Stedelijk Museum van Aalst zal doorgaan: 'Kunst van Provo tot nu' (Kunst in een sociaal-politieke context), waarin hij o.a. Roger Raveel, Panamarenko en Marcel Mariën gaat confronteren met nieuwe generaties kunstenaars.

We maken een wandeling door het leven van een man op de soms dunne scheidingslijn tussen sociaal engagement en hedendaagse kunst.

Zijn devies: "Als ik iets doe, wil ik de beste zijn!"


Hoe het allemaal begon



Op zijn vijftiende reeds raakte Roger D'Hondt gefascineerd door kunst. In de Stationsstraat had Cyriel Temmerman naast zijn krantenwinkel een galerie 'Vertikaal'. Daar kwam Roger D'Hondt in contact met kunst. Hij raakte bevriend met de schilder Walter Schelfhout, zijn gesprekspartner over de abstracte kunst en haar toekomst.
Maar het was uiteindelijk een boek van Michel Seuphor over de abstracte kunst dat hem de weg naar de internationale kunst toonde. (Hij kreeg een goedkope Duitse pocket te pakken: 'Abstrakte Malerei'.)
De jonge Roger D'Hondt ging op zoek naar kunst in binnen- en buitenland. Hij reisde naar Keulen, Amsterdam, Parijs en Milaan.
De volgende stap... rendez-vous met de kunst
Een minstens even belangrijke fase in zijn leven was zijn legerdienst. Hij kwam terecht in het Duitse Kassel, vlakbij het toenmalige 'Ijzeren Gordijn'. In militaire termen was hij niet meteen een modelsoldaat, maar veeleer een dwarsligger. Dat leidde hem echter naar een bijzonder boeiende opdracht.
Als verbindingsman tussen de militairen en de stad Kassel werd hij een soort cultureel tussenpersoon. Hij kon tenvolle de stad verkennen. Het was 1968 en de internationale kunstmanifestatie 'Documenta' was aan haar vierde editie toe.
Roger D'Hondt had het allemaal binnen handbereik. Het was de Documenta waarin vooral de Pop-art en de Op-art gepromoot werden. Dus was daar plots Andy Warhol of hielp hij mee in het grote 'ballon-project' van Christo.
Hij leerde er Werner Kraus (professor van de Hochschule Kassel) kennen en kreeg goede contacten met de Galerie Ricke (de vertegenwoordiger voor de Pop-art in Europa).
Documenta 4 was uiteraard ook in de ban van het woelige 'mei 68' en de protestacties waren dan ook niet weg (o.a. Wolf Vostell en Jörg Immendorf protesteerden tegen het ontbreken van nieuwe kunstrichtingen als Fluxus, happening, performance,... en het gebrek aan politiek-historische bijdragen).
'Mei 68': de ideeën leven nu nog altijd




Door 'mei 68' werd de maatschappij opengebroken met ideeën over vrijheid, vrijheid van meningsuiting en engagement, die tot vandaag het leven van Roger D'Hondt blijven beïnvloeden.
In 1967 raakte hij reeds betrokken bij de Reform gallery van Walter Schelfhout. Hier werd vooral de lyrische abstractie (inclusief Cobra) naar voor geschoven. Het initiatief zou tot 1969 standhouden. In 1968 was hij betrokken bij de Aalsterse toneelgroep PAN en de opvoering van het toneelstuk 'Politie' van de Poolse auteur Slavomir Mrozek.
Maar Roger D'Hondt wou verder in de beeldende kunst, veel verder dan Reform, met een forum voor niet-commerciële, hedendaagse kunstuitingen als performance, conceptuele kunst, happening,...
Zoals hij het zelf in zijn beginmanifest stelde: "... elke traditionele figuratie zal worden geweerd... de gallery zal duidelijk de voorkeur geven aan de geometrie en de konstruktieve kunst, nieuwe stromingen als 'conceptual art' zullen eveneens worden gebracht. Met enkele namen kunnen wij het situeren als van bram bogart tot van den branden, van stanley brouwn tot fontana...".
Na een eerste initiatief in het Stedelijk Museum Aalst 'Art and Idea' beschikte Roger D'Hondt vanaf juni 1971 over een eerste eigen ruimte: een underground-galerie in de kelders van een groot huis in de toenmalige Schoolstraat (nu Bert van Hoorickstraat).
Hij haalde zowel binnen-als buitenlandse kunstenaars naar Aalst, maar nam ook deel aan initiatieven buitenshuis, binnen en buiten de landsgrenzen.
Gedurende bijn tien jaar speelde Roger D'Hondt met zijn galerie een prominente rol op het vlak van de nieuwe kunstvormen.
In 1978 organiseerde hij als laatste groot evenement het 'Performance Art Festival' in de Beursschouwburg in Brussel met werk van o.a. Paul Gees, Marina Abramovic & Ulay, Vito Acconci, Laurie Anderson.
Nog in datzelfde jaar werd hem de Europese Prijs Robert Schumann toegekend voor zijn onverdroten inzet voor de beeldende kunsten op Europees niveau.
Begin 1979 werd de werking van New Reform stopgezet met een ultieme tentoonstelling.
Dat dergelijk initiatief zolang heeft kunnen bestaan is uitstluitend te danken aan de ongelooflijke inzet van de initiatiefnemer en zijn vrouw, Marie-Hélène van Audenhove. Al die tijd stonden ze persoonlijk garant voor de opvang van tientallen kunstenaars. 'New Reform' was een galerie en hun huis een 'kunstenaarshotel'.
Daarenboven werden steeds duidelijke principes gehuldigd: NIET BETUTTELEN ! Wat de kunstenaars ook vragen, moet kunnen gerealiseerd worden. De ARTISTIEKE VRIJHEID is van het grootste belang.
Als je hoort hoe ze vandaag nog alle twee met vuur over die periode vertellen, is het perfect duidelijk: dit hadden ze voor geen geld willen missen!
Retrospectieve tentoonstelling 'New Reform'




In 1988 organiseerde de stad Aalst een overzichtstentoonstelling voor 'New Reform'. Het boek dat bij die gelegenheid werd uitgegeven, bevat een expressief, kleurrijk portret van Roger D'Hondt door Ane-Mie van Kerckhoven, die bij New Reform debuteerde.
(Enkele andere belangrijke nationale namen uit de stal van de galerie: Hugo Heyrman, Paul Gees, Ria Paquée, Jacques Charlier,...)
Bij die gelegenheid werd op de markt van Aalst overigens een permanent werk van Hugo Heyrman geïnstalleerd. De kunstenaar had het ontworpen voor het huis van Roger D'Hondt, maar die ijverde ervoor dat het openbaar bezit werd: een vroege ode aan de multiculturele samenleving in de vorm van een mozaïek-vredestapijt vlakbij het beeld van Dirk Martens (klein detail: het werk is naar Mekka gericht).
Van de kunst naar de politiek




In de jaren tachtig duikt Roger D'Hondt dan in de gemeentepolitiek op. Met de ideeën van 'mei 68' in het achterhoofd was hij ook tevoren al politiek geïnteresseerd. Schepen Bert Van Hoorick was ook voor hem een inspirerende figuur met vernieuwende ideeën.
Met de komst van Marc Galle nam Roger D'Hondt de draad met de actieve politiek weer op.
R.D.: "Ik wilde iets veranderen!"
Zijn activiteiten in de vzw 'Schulden op School' liggen ook nu nog in de lijn van zijn sociaal engagement.
Ook in de politiek liet de kunst hem niet los. Zo lanceerde hij ooit de idee om in Aalst een 'Museum van de Grafische Kunst' op te richten met natuurlijk de figuur van Dirk Martens als uitgangspunt. Zoveel jaren later lijkt dit voorstel wellicht in het Stedelijk Museum gerealiseerd te worden.
Tussendoor was hij ook nog eens, samen met o.a. Jan Hoet en Karel Geilandt, in het Paleis voor Schone Kunsten, medeoprichter van 'Jeugd en Plastische Kunst'.
Tussen 1991 en 1994 werd hij Schepen van o.a. jeugd, sport, gezinszorg,... (Cultuur had hij misschien nog liever gewild...).
Toen er een 'Prijs voor Aalsterse sporters' gegeven werd, liet hij door jonge Aalsterse kunstenaars een 'kunstprijs' maken i.p.v. de traditionele trofeeën.
Altijd weer stak die kunstmicrobe de kop op.
Toen je als politicus nog gadgets mocht uitdelen tijdens verkiezingscampagnes, liet hij een zeefdruk maken op 2000 exemplaren i.p.v. de traditionel stylo's of sleutelhangers weg te geven.
Leven met kunst




Het archief van New Reform staat momenteel bij 'Netwerk' in Aalst. In 2006 hebben ze daar overigens al een tentoonstelling aan 'New Reform' gewijd (in 1988 was de Netwerk Galerie ook al met New Reform gestart).
"Gelukkig heb ik dat daar mogen onderbrengen om het stukje bij beetje te ordenen. Hier in huis is dat niet te doen. Vanuit de Universiteit Antwerpen zou hier overigens binnenkort een doctoraatsstudie aan gewijd worden. Er is ook belangstelling van het Museum voor Hedendaagse Kunst in Brussel om het archief over te nemen, maar voorlopig ben ik er nog te veel aan gehecht."
"Het staat hier in huis zo al vol met kunstboeken. Onlangs waren hier mensen van het Museum Ludwig (afdeling Wenen) die de collectie kwamen bekijken. Ze hadden graag een aantal werken meegenomen (gekocht) voor hun eigen verzameling, maar dat hebben we toch maar verhinderd. Die collectie moet als geheel bewaard blijven!".
Bent u ook kunstverzamelaar?




"In de loop der jaren hebben we natuurlijk een behoorlijke collectie bij elkaar gesprokkeld. Het uitgangspunt is altijd gebleven: constante vernieuwing! Ik kocht of koop iets om een kunstenaar te steunen. Maar we werken ook nu nog met een klein budget."
"Eigenlijk wil ik geen 'verzamelaar' zijn of genoemd worden, want 'verzamelen' heeft altijd een financiële implicatie en daar is het mij niet om te doen!"

Over Pieter De Bruyne
Toen enkele jaren geleden het huis van Pieter De Bruyne in de Stationsstraat te koop gesteld werd, hebt u ervoor gepleit det de stad het zou aankopen.
"Uiteraad, Pieter De Bruyne was een heel grote meneer in de wereld van de meubelkunst en design. Ik had graag gezien dat de stad het kocht om er een museum van te maken, maar blijkbaar was daar geen geld en geen interesse voor. Een deal tussen de stad en het Designmuseum in Gent (waar het archief van Pieter De Bruyne bewaard wordt) was ook mooi geweest. Maar dat is dan in private handen terechtgekomen en intussen alweer doorverkocht."

"Gelukkig hebben wij Pieter De Bruyne hier in huis: onze keuken is door hem ontworpen. Ons huis is bovendien één van de allereerste realisaties van architect Eugeen Liebaut".
Boon achterna: van Aalst naar Erembodegem
"Daar had ik nog nooit aan gedacht, maar nu je het zegt...". "Trouwens, ik heb wel iets met Boon, of beter gezegd met Ondineke. Onze bakker, Willy Coppens, heeft op mijn aandringen pralines gemaakt van 'Ondineke' naar het beeld van Frans De Vree dat in het Stedelijk Museum en op de binnenkoer van het stadhuis staat. Je moet die maar eens proeven...".
Welke droom wilt u nog verwezenlijkt zien?
"Eigenlijk speel ik al een hele tijd met de idee voor een nieuw soort galerie (kiikt samenzweerderig en met pretoogjes naar zijn vrouw). Ik ben ervan overtuigd dat je nog altijd zonder geld, maar met veel inzet een galerie kan starten. Het wordt dus geen galerie in de klassieke betekenis van een ruimte, maar in het openbaar domein, gratis en zonder drempelvrees. Laten we zeggen: KOMT ERAAN!"
Hebt u de kunstpassie ook doorgegeven aan uw kinderen?
"O ja, dat denk ik wel. En nu kunnen we aan de volgende generatie beginnen...(met een blik op één van de kleinkinderen).
Nog even voor het buitengaan...
Die politieke microbe was eigenlijk ook niet zo toevallig bij Roger D'Hondt terechtgkomen. Langs moederskant was zijn groottante Anna Snel het eerste vrouwelijk gemeenteraadslid in Aalst. (Ze heeft nu overigens een straat tussen de Pontstraat en de Burchtstraat vlakbij het Oud-Begijnhof) en zijn grootoom Henri Flips was in de jaren 1920 schepen van Burgerlijke Stand (m.a.w. de zus van zijn grootmoeder en de broer van zijn grootvader, in éénzelfde gezin).

"Kunst kan alleen maar betekenis hebben als ze rekening houdt met de realiteit", schreef Roger D'Hondt in 1970. Voor politiek geldt wellicht nog steeds hetzelfde. En de realiteit?... Ja, die is maar wat je ervan maakt...

(c) 'artspotter' voor 'waterschoenen.blogspot.com' en 'aalstdailyphoto.blogspot.com






Enkele foto's ter illustratie van deze tekst staan op

donderdag 3 april 2008

Paul LAGRING en NETWERK - Aalst: een gesprek

 

Wie binnenkomt in de gebouwen van NETWERK aan de Houtkaai in Aalst, wordt opgenomen in de rust en soberheid van een voormalig industrieel gebouw.

Wie daarenboven een ontmoeting en gesprek heeft met de 'artistiek directeur' van het kunstencentrum, krijgt een dubbele dosis rust en soberheid voorgeschoteld: een gesprek met een 'bedachtzaam' man over 'zijn' Netwerk.


De voorgeschiedenis


Tussen 1973 en 1980 figureerde in Aalst het CSV (Centrum voor Samenlevings-Vernieuwing) als forum voor verschillende verenigingen en groepen die actief waren in het organiseren van theater, filmvoorstellingen en kunsttentoonstellingen, naast Oxfam, een eigen krant, een voetbalclub of een buurtcafé.

In 1981 ontstond uit dit CSV het onafhankelijk socio-cultureel centrum 'Netwerk', gevestigd in een oud gebouw in de Ridderstraat. Het geboden programma omvatte theater, dans, literatuur, (punk) muziek, jazz,fuiven en af en toe een tentoonstelling. De nadruk lag meteen op 'kwaliteit'!

Met de (uiteindelijke) komst van het Cultureel Centrum De Werf in 1988 profileerde Netwerk zich als een laboratorium voor jong artistiek talent: enerzijds voor podiumartiesten (theater, dans, muziek,...) en anderszijds voor de creatie en presentatie van beeldende kunst.

De verbouwing van Netwerk door architect Eugeen Liebaut in 1988 creëerde zo o.a. de eerste min of meer afgescheiden tentoonstellingsruimte: de Netwerkgalerie was een feit! Enkele jaren later vond de galerie apart onderdak in enkele naastliggende huisjes.


Paul Lagring, afkomstig uit het naburige Denderleeuw, had 'binnenhuisarchitectuur' gestudeerd en was al vroeg bezield door kunst. (P.L.: "Binnenhuisarchitectuur is een zeer creatieve opleiding. Inrichten blijft mij overigens fascineren."). Vanaf het begin was hij betrokken bij Netwerk. Als vrijwilliger verzorgde hij o.a. de vormgeving van tijdschriften en affiches. Na de verbouwing door Eugeen Liebaut (een studiegenoot van PL uit de richting architectuur) werd hij gevraagd voor de organisatie van een tentoonstellingsbeleid in de nieuwe galerie.

Het bleef in de Ridderstraat echter steeds behelpen. De gebouwen waren niet meteen in de beste staat en soms ging er meer energie verloren aan de instandhouding dan aan de eigenlijke artistieke opdracht.
Toen het huurcontract afliep werd in 2002 aan de Houtkaai een leegstaande textielfabriek gekocht, waar Netwerk zich een jaar later installeerde. Meteen startte ook een renovatieprogramma in functie van de behoeften en uiteraard de financiële mogelijkheden (afhankelijk van de subsidie).

Sinds 2006 wordt Netwerk gesubsidieerd als kunstencentrum onder de naam 'Netwerk - Centrum voor Hedendaagse Kunst'.
 
 



De doelstelling of opdracht


De werking van dit kunstencentrum richt zich op de beeldende kunst, die theoretisch omkaderd en zowel landelijk als internationaal gesitueerd wordt.
In dit verband wil het centrum niet alleen een podium bieden voor de presentatie van kunstwerken, maar eveneens een 'laboratorium' (met professionele omkadering) zijn voor de creatie van kunst.
Niet enkele de 'object-gebonden' kunst (bvb. schilderijen, tekeningen, beeldhouwwerken,...) krijgt hier een kans. Ook voor andere uitdrukkingsvormen van soms minder tastbare aard (performances, interventies,...) wordt hier ruimte gecreëerd. Bovendien houdt Netwerk de weg open voor steeds nieuwe vormen van expressie.

Om deze voortdurende vernieuwing op de voet te kunnen volgen is het uiteraard noodzakelijk, zowel nationaal als internationaal, een constante prospectie te voeren. Het bezoeken van kunstenaars in hun atelier, het opvolgen van individuele en groepstentoonstellingen met vanzelfsprekend de grote internationale manifestaties als de biënnales van Venetië, Istanbul, Lyon, Berlijn,... zijn in dit verband onontbeerlijk.
Op die manier ontdekt men nieuwe tendenzen, nieuwe kunstenaars, die men hier in Aalst een podium kan bieden.

In de doelstellingen staat het zo:
Netwerk gaat telkens weer op zoek naar jonge en/of beloftevolle kunstenaars of, anders uitgedrukt, gedreven, enthousiaste mensen die op een kwalitatief hoogstaande manier een oeuvre opbouwen en daarbij streven naar of volop bezig zijn met de uitbouw van een professionele carrière.


De praktijk van het tentoonstellen


Hedendaagse beeldende kunst is uiteraard geen activiteit voor de grote massa. "Ons publiek varieert naar gelang de tentoonstelling of activiteit. Onze vernissages brengen altijd heel wat mensen op de been. Maar we zijn ons ervan bewust dat tentoonstellen een constante zoektocht naar publiek is."

"In het midden van een tentoonstellingsperiode bouwen we telkens een 'event' in. Dit biedt de mogelijkheid om de beeldende kunst extra te duiden (met bvb. rondleidingen in de tentoonstelling) en te toetsen aan andere uitdrukkingsvormen als muziek, dans, film, geluid, performance,... Dit zijn dan ook telkens momenten van ontmoeting en dialoog tussen kunstenaars en publiek. Het kunstcafé is in deze ook een belangrijke ontmoetingsplek."

 


Het beheer van Netwerk


Paul Lagring heeft als artisitiek directeur o.a. de taak om de activiteiten uit te bouwen, ervoor te zorgen dat alles goed loopt. Daar staat hij uiteraard niet alleen voor.
Zelf formuleert hij het als volgt: "Ik moet mensen samenbrengen rond de doelstellingen, zowel de medewerkers van deze instelling als de kunstenaars."

Paul Lagring is duidelijk een ploegspeler, bijzonder gehecht aan de equipe waarmee hij hier samenwerkt.
"De inbreng van alle medewerkers is even belangrijk: het zakelijk-financiële aspect, de technische kant, de communicatie met de buitenwereld, ..."

Zo zit er in de equipe iemand die instaat voor 'reflectie'. De kunsthistoricus heeft als bijzondere taak iedereen te laten nadenken over kunst. Hij zorgt o.a. voor de zaalteksten die het tentoongestelde werk voor de bezoekers omkaderen, staat in voor de samenstelling van de 'jaarboeken' (na elk werkjaar wordt een gefundeerde terugblik geboden op de voorbije activiteiten), ...

Maar van even groot belang is de 'klusjesman' die telkens weer voor de juiste technische oplossing van een praktisch probleemkan zorgen.


"Ik ben gehecht aan de organisatie waar ik voor werk!"


De vraag waar hij graag zou werken als het niet hier was, is voor Paul Lagring dan ook snel en simpel te beantwoorden: "Nergens!". Hij heeft geen behoefte om nog met iets nieuws te beginnen. Daarvoor is de drang om deze organisatie verder uit de bouwen veel te groot. Een centrum als Netwerk kan je enkel runnen met een hechte groep, een EQUIPE!


"Het prettigste in deze job: als groep een project realiseren waar iedereen met genoegen op terugkijkt. Onderweg kom je dan uiteraard een aantal minder plezierige dingen tegen."

En dan helpt het bijzonder goed wanneer je als artistiek directeur over enorm veel ENERGIE beschikt en bovendien in staat bent een goed OVERZICHT te behouden als de situatie chaotisch wordt.


Is dit eigenlijk 'werk' voor U?


"O ja, zo moet je dat bekijken, want af en toe moet je daar ook afstand van nemen. Iedereen hier in huis moet dat trouwens kunnen."Maar het is wel zo dat Paul Lagring vertrekt van het uitgangspunt: "Als ik iets doe, dan moet het GRONDIG zijn!". Dat geldt dan evenzeer voor zijn activiteiten in Netwerk als privé: "Als we in de zomer naar de Alpen trekken om met de fiets hoge cols te beklimmen, is dat vanuit datzelfde uitgangspunt."


Verzamelt U privé kunst?


"O nee, absoluut niet! Ons huis is zeer sober ingericht. Het ziet eruit als Netwerk, maar dan met de kenmerken van een woonhuis (keuken, badkamer,...). In onze woonkamer hebben we slechts één schilderij van Noël Drieghe en een beeldje van Paul Gees."


"Kunst zit in uw hoofd, het moet niet noodzakelijk aan de muur hangen."


Kunst en geld


"Als kunstencentrum zijn wij ons zeer goed bewust van de financiële waarde van kunst. Voor ons vertaalt zich dat in de verzekeringspremies die we voor tentoonstellingen moeten betalen.

Maar ook de commerciële waarde speelt voor ons een rol. Natuurlijk ligt dat anders dan bij een galerie die moet verkopen om zelf te overleven. Maar het is wel belangrijk dat 'onze' kunstenaars op termijn ook commerciëel succes boeken.

Daarenboven moeten we als organisatie onze werking steeds beter blijven uitbouwen, zodat onze subsidiëring gevrijwaard blijft."

 



Tenslotte: Wat is kunst?


"Kunst is iets wat kunstenaars maken. Zij zijn daarvoor opgeleid. Voor de rest bepalen zij het uitzicht van de kunst en de kunstwerken en krijgen ze daar al dan niet een maatschappelijk draagvlak voor."
"Je mag dat gerust vergelijken met de wetenschap: wetenschappers doen aan onderzoek en komen zo tot nieuwe inzichten."



Integratie


Op 15 september 2007 werd de band met Aalst bevestigd in een officiëel-artistiek-speels moment van 'eersteenlegging'. De Aalsterse burgemeester Ilse Uyttersprot werd uitgenodigd om een 'een steen over haar rechterschouder in de Dender te gooien'. Deze actie kaderde in het project 'Integratie van een kunstwerk in Netwerk' en was een project van Simona Denicolai & Ivo Provoost.

Bezoek NETWERK


in het echt:

HOUTKAAI z/n
9300 AALST


of virtueel: