Zoeken in deze blog

maandag 30 juni 2008

Jan De Nys: ontmoeting in Utopia








Of we het erg vinden om voor ons gesprek in de galerie te zitten?

De galerieruimte (In Situ) doet op dat ogenblik dienst als stapelruimte voor diverse kunstwerken die van andere locaties komen of naar andere moeten vertrekken. Twee zeteltjes worden vrijgemaakt en we zijn er klaar voor, ware het niet dat Jan De Nys meteen gebeld wordt door één van zijn kunstenaars. De voertaal is Duits, maar naar een tijdje stelt JDN voor om over te schakelen op Engels, want er komen enkele specifiek-artistieke termen aan te pas en die liggen hem beter in het Engels (en maken de kans op misverstanden kleiner).

Is de internationale kunstwereld dan echt een 'Toren van Babel'?

"Ja, uiteraard! (maar dit geldt niet alleen voor de kunstwereld) "De taalbarrière is dikwijls een reëel probleem. Als galerist of curator van tentoonstellingen moet ik met al die kunstenaars kunnen overleggen en zoeken naar een evenwicht. Ik weet wat ik met mijn projecten wil realiseren, maar het komt er op aan ook alle betrokken kunstenaars op één lijn te krijgen. Die kunstenaars zijn elk afzonderlijk bezig met HUN ding, maar ik moet het geheel in het oog houden."

...intussen krijgt hij alweer telefoon... dit keer gaat het gesprek meteen in het Engels over alweer een artistiek-technisch probleem voor de catalogus van een komende groepstentoonstelling...

"Ooit stond ik hier in de galerie met vijf vrouwelijke kunstenaars van vijf verschillende nationaliteiten. Ze verstonden elkaar niet. Hou daarbij rekening met soms botsende ego's en je beseft meteen dat een curator/galerist niet enkel 'go-between', maar ook wel eens de 'baas' moet spelen om de zaak draaiende te houden.

................ waar die 'Waterschoenen' in onze blog toch wel vandaan komen, vraagt JDN zich af..................

Artspotter: "Het minuscule tekeningetje vond ik ooit in een oud woordenboek, met als betekenis voor het woord 'waterschoenen' = schoenen om mee op het water te lopen."

Deze uitleg roept bij JDN de associatie op met 'Utupia', zijn lievelingsplek.

Zie tekstfragment uit woordenboek hierboven

'Utopia'

'Waterschoenen' en 'Utopia': telkens iets wat mensen wel graag zouden willen... op het water lopen of de behoefte aan een volmaakt gelukkige plek, een luilekkerland.

Jan De Nys volgde een opleiding in de Aalsterse academie. Die was toen nog gevestigd in de gebouwen waar nu een deel van het Stedelijk Museum gevestigd is (en waar meestal de tentoonstellingen hedendaagse kunst doorgaan).
Een prettig detail voor JDN: "Ik werk nu in het bureau waar ik vroeger wel eens bij de directeur moest komen..."
Als Projectmedewerker Hedendaagse Kunst is hij dus ambtenaar van de stad Aalst. In die functie organiseerde hij reeds tal van tentoonstellingen. Ook hier is het soms een artistiek-organisatorische toren van Babel. Zo was er ooit een probleem met de administratieve afhandeling van een 'bruikleen' van kunstwerken uit een Frans museum. (Moesten hier nu al dan niet Belgische taalwetten gerespecteerd worden?)

Van kunstenaar naar organisator

In 1987 was Jan De Nys nog zelf actief als beeldend kunstenaar, maar toen begreep hij dat zijn taak meer op het vlak van de organisatie lag.
In 1986 zorgde hij al voor een eerste groepstentoonstelling in het Belfort van Aalst. Ook haalde hij al Oosteuropese kunstenaars naar hier en verzorgde onder andere tentoonstellingen bij Siegfried De Buck in Gent.
Een eerste groot initiatief in stadsdienst kwam er in 1990 met de thematentoonstelling 'Tempels - Zuilen -Sokkels', waarin grote namen uit de nationale en internationale kunstwereld samengebracht werden. Toen werkte JDN nog voor het Cultureel Centrum 'De Werf', dat in 1988 zijn deuren geopend had.
Later kon hij mee brainstormen over een nieuw groot tentoonstellingsinitiatief. Met als alibi de figuur van Dirk Martens als grondlegger van de drukkunst in de Zuidelijke Nederlanden, de persoon van Priester Daens die stond voor de sterkte van het gesproken woord en Louis Paul Boon als vertegenwoordiger van het geschreven woord, werd gestart met de zogenaamde 'Papierbiënnales'.

We zijn nu toe aan de negende uitgave 'Maquettes en modellen... hedendaagse kunst op schaal' (28 juni tot 5 oktober in het Stedelijk Museum), na bijvoorbeeld 'Papier, Beeld & Basis' (1992), 'Utopia' (1996), 'Boek als beeldend middel' (2000), of 'In kaart gebracht' (2006).

Naast deze stedelijke activiteiten is er natuurlijk ook nog de eigen galerie IN SITU en zijn er de projecten als curator buitenshuis. De galerie werd in 1992 geopend in het vroegere atelier van zijn vader die 'rijtuigschilder' was. Hij werkte ondermeer voor de plaatselijke brouwerij De Gheest. JDN: "Louis Paul Boon heeft daar nog fantasierijk over geschreven".
Aalst werd (vooral in de jaren 90) een echte galeriestad voor hedendaagse kunst (met o.a. S65, Denise van de Velde, Path, C. De Vos, Cotthem,...) "Dat werd wel eens toegeschreven aan de anarchistische geest van Aalst. Daarnaast was er de geografische ligging tussen Gent, Brussel en Antwerpen. Hou de kunstenaars hier en je zal ook een b(l)oeiend artistiek landschap creëren!"
Jan De Nys pleitte ervoor (en vandaag nog steeds) om in Aalst te voorzien in atelierruimte voor kunstenaars. In de grote centra is er een groot tekort aan ateliers en Aalst zou op die manier de kunstenaars naar hier halen. Kunstencentrum Netwerk speelt hier veeleer symbolisch op in door het aanbieden van een 'artist-in-residence' formule, waar kunstenaars aan een bepaald project kunnen werken, maar JDN denkt hier aan veel ruimere mogelijkheden. Hij noemt in dit verband ook het voorbeeld van B-Part, Platform voor actuele kunst in Waregem. Voor de stad Aalst zou de oude industriële site van FFR (Filatures Filteries Réunies) langs de Tragel (tussen de Zwarte Hoekbrug en de Boudewijnlaan) misschien nieuwe kansen kunnen bieden. Maar JDN vraag zich af of het ooit zover komt!
JDN: "Ooit heb ik voorgesteld om het vroegere politiebureel te gebruiken voor projecten van hedendaagse kunst, maar verder dan een tentoonstellingsproject is het nooit gekomen." (Het wordt nu verbouwd tot een complex voor sociale woningen.)
Kunst 'in situ' en 'extra muros'
Met zijn galerie was JDN onlangs nog te gast op ART BRUSSELS, dé internationale beurs voor hedendaagse kunst in België. Naast de activiteiten in de galerie organiseert hij ook heel wat tentoonstellingen op andere plaatsen. Zo was hij in april 2008 te gast in het Cultureel Centrum Schapoord van Knokke-Heist, waar hij zijn project 'UTOPIA: hedendaagse kunst met Minigolf' tentoonstelde. Via een ommetje langs Vlissingen komt de tentoonstelling vanaf 5 juli naar de tuin van het Stedelijk Museum, waar ze tot 14 september blijft staan. JDN: "Hier tonen we het minigolfterrein als utopie van de kleinburgerlijke gezelligheid."
De Canvascollectie: reclame voor hedendaagse kunst?
"Ach, dat is volgens mij een absurd initiatief. Wanneer de televisie uitpakt met hedendaagse beeldende kunst is dat meestal over spectaculaire onderwerpen. Het moet sensatie opleveren of ze moeten er nog eens mee lachen. Nu wil men de kunstenaars nog eens de indruk geven dat het allemaal serieus verloopt, terwijl er toch flink gemanipuleerd is."
Even terugblikken...
Jan De Nys keert in gedachten terug naar de magische tijd van 'mei 68'. "Dat heeft hier in Aalst heel veel teweeggebracht. Ik was toen veel met theater bezig. Dat was de periode van theater PAN" (zie hierover ook de opvoering van 'Politie' bij het interview met Roger D'Hondt in Waterschoenen). "PAN was vernieuwend voor het literair-artistieke leven. Louis Paul Boon kwam ook naar de activiteiten, maar was zeker niet de centrale of bepalende figuur van de vernieuwing."
"Het belangrijkste stuk dat we ooit gespeeld hebben, was ongetwijfeld 'Eindspel' van Samuel Becket. Dat was toen de eerste opvoering op het Europese vasteland. Wij zijn in Parijs bij Becket nog toelating gaan vragen om dat op te voeren. Die voorstelling ging door in de kapel van het Oud-Hospitaal. Het toegangsgeld mocht door iedereen vrij bepaald worden. Het gevolg was uiteraard een zo goed als lege kassa. 'Eindspel' was dan ook letterlijk het einde!"
Maar de activiteiten verplaatsten zich naar andere domeinen: csv 't Fabrieksken (waaruit later Netwerk ontstaan is... (zie hierover ook het interview met Paul Lagring in Waterschoenen), de Gele Limonade of de maandelijkse stadskrant 'Vies Olsjt' waarin de politiek kritisch opgevolgd werd... allemaal organisaties waarin meestal ook dezelfde mensen opdoken (o.a. Roger D'Hondt, Guido Saey, Hendrik Camu,...).
Met zichtbaar genoegen kijkt Jan De Nys ook terug op 'Na de mis', waarbij op zondagvoormiddag op café samengekomen werd om 'de wereld te verbeteren'... (met o.a. Cas Van der Taelen).
Jan De Nys kan en wil zijn heimwee naar de jaren 60-70 niet verbergen. "Aalst was toen een schitterende stad om in te wonen! Ik heb ooit nog in een commune gewoond. Heette die toen ook al niet UTOPIA?... ik weet het nu weer... ze noemde 'Pleister', maar was wel de inspiratiebron voor de nog steeds bestaande commune, woon- en leefgemeenschap 'Utopia' in Kerksken. Ook vandaag ben ik geen bourgeois geworden... allé misschien af en toe een klein beetje!"
Als galerist blijft hij zijn taak duidelijk definiëren: "Ik wil nog steeds jonge kunstenaars promoten. Ik heb dan ook geen superbekende mensen in huis. Mijn publiek bestaat uit mensen met vertrouwen in mijn artistieke inzicht. Zij willen graag een risico nemen, maar zien kunst niet als een investering."
Als hij morgen kan-mag-moet herbeginnen, doet hij wellicht net hetzelfde en 1968 zal gegarandeerd weer een belangrijk jaar worden.
(c) artspotter voor 'waterschoenen' en 'aalstdailyphoto'
LINKS
In Situ Gallery
Stedelijk Museum Aalst
Over UTOPIA, hedendaagse kunst met Minigolf

Geen opmerkingen: